Iedereen krijgt een folder op de mat: ‘Nederlanders moeten zich voorbereiden op noodsituaties’

Nederland wordt deze week overspoeld door een boodschap die voor even het gevoel geeft dat er iets ernstigs aan de hand is. “Nederland valt uit” knippert op schermen, verschijnt op bushokjes, in tv-reclames en zelfs bij pinautomaten.

Toch is het geen ramp, maar een zorgvuldig voorbereide campagne van de Rijksoverheid. Met “Denk vooruit” wil de overheid Nederlanders aansporen om zich bewust te worden van noodsituaties zoals een langdurige stroomstoring of overstroming.

De actie begon midden in de nacht met digitale berichten langs snelwegen en werd in de vroege ochtend voortgezet via televisie, radio, sociale media en het openbaar vervoer. Het doel is niet om paniek te zaaien, maar om aandacht te trekken. Volgens een woordvoerder van de veiligheidsregio Midden West Brabant is dat juist de bedoeling: “We willen dat mensen even schrikken en nadenken over hun eigen situatie.”

Voorbereid zijn op de eerste 72 uur

De campagne draait om een duidelijke boodschap: bij een noodsituatie is de overheid druk met het regelen van hulp en veiligheid, maar burgers kunnen in de eerste drie dagen zelf een groot verschil maken. De eerste 72 uur zijn cruciaal, zegt woordvoerder Goossen. “Wij zijn in zo’n situatie bezig met acute hulp en noodvoorzieningen. Als mensen dan zelfredzaam zijn, helpt dat enorm.”

Het idee is dat Nederlanders nadenken over drie kernpunten: een noodplan, een noodpakket en het gesprek erover. Een noodplan gaat over wat je met je gezin of naasten afspreekt in een crisissituatie. Hoe bereik je elkaar als het telefoonverkeer uitvalt? Waar spreek je af als je niet thuis bent? Zulke afspraken lijken vanzelfsprekend, maar worden zelden gemaakt. De campagne wil dat veranderen.

Het noodpakket: klein gebaar, groot verschil

Een noodpakket is bedoeld om de eerste drie dagen door te komen. De basis bestaat uit water, een zaklamp, een radio en wat houdbaar voedsel. De precieze inhoud verschilt per huishouden: mensen met jonge kinderen hebben bijvoorbeeld babyvoeding nodig, anderen medicijnen. Op de website van Denk Vooruit staat een overzicht van wat handig is om in huis te hebben.

Veel Nederlanders ervaren het idee van een noodpakket als iets voor doemdenkers. Toch kan een korte stroomstoring al snel laten zien hoe kwetsbaar moderne voorzieningen zijn. Denk aan pinbetalingen die niet werken, liften die stilstaan of waterpompen die uitvallen. De overheid wil dat mensen zich bewust worden van die afhankelijkheid, zonder angst aan te jagen.

Van bangmakerij naar bewustwording

Dat de campagne voor sommigen heftig overkomt, begrijpt Karen (56) maar al te goed. Zij dacht eerst dat een noodpakket overdreven was. Tot ze eerder dit jaar in Spanje plots zonder stroom zat. “Ik dacht dat het iets lokaals was, maar het bleek een landelijke storing,” vertelt ze. “Toen de wc niet meer doorspoelde, besefte ik pas hoe afhankelijk je bent van stroom en water.”

Karen schakelde direct over op noodstand. Ze zette haar telefoon uit om batterij te besparen, vulde het bad met water en overlegde met haar man over wat te doen als de situatie aanhield. “Het voelde vreemd om zulke gesprekken te voeren, maar het gaf rust. We hadden tenminste een plan.”

Leven zonder stroom

De stroomstoring duurde uren. In sommige delen van Spanje bleef het langer donker. Karen en haar man zaten in een afgesloten complex, wat hen een gevoel van veiligheid gaf, maar de onzekerheid bleef. “We wisten niet of we konden terugvliegen of zelfs of de luchthaven nog werkte.”

Toen het licht aan het eind van de middag weer aanging, voelde dat als een opluchting, maar ook als een waarschuwing. “Je beseft hoe snel je dagelijkse gemak verdwijnt.” Terug in Nederland besloot ze dat ze niet meer onvoorbereid wilde zijn.

Voorbereiding als geruststelling

Sindsdien heeft Karen thuis een klein noodpakket klaarliggen. Een radio met ingebouwde lamp en oplader, twee volle powerbanks, flessen water en wat houdbaar voedsel. “We hebben wraps, bonen, soep in blik. Als het bijna over datum is, eten we het op en vullen we het aan.” Voor haar voelt het niet als angst, maar als gezond verstand.

Ook binnen haar vriendenkring wordt het onderwerp vaker aangesneden. “We maken er soms grapjes over, maar ondertussen weet ik dat een vriendin verderop een moestuin heeft en zij weet dat wij hout hebben voor de haard.” Zulke gesprekken, hoe luchtig ook, maken mensen bewuster van wat ze zelf kunnen doen.

De kracht van ‘Denk vooruit’

De overheid begrijpt dat niet iedereen direct enthousiast reageert op een campagne die aan rampscenario’s doet denken. Toch blijkt uit onderzoek dat bewustwording pas echt groeit als mensen zich persoonlijk aangesproken voelen. Door te laten zien hoe kwetsbaar moderne voorzieningen zijn, wil de campagne een realistisch beeld schetsen.

De boodschap is niet dat Nederlanders bang moeten zijn, maar dat voorbereiding rust geeft. Een klein voorraadje, wat afspraken met familie en een opgeladen radio kunnen in een noodsituatie het verschil maken. De overheid verspreidt daarom ook een informatieboekje waarin stap voor stap wordt uitgelegd hoe je dat doet.

Een samenleving die voorbereid is

De campagne sluit aan bij een bredere beweging binnen Europa, waar landen burgers aansporen om zich beter voor te bereiden op noodsituaties. In Duitsland, Zweden en Finland bestaan al vergelijkbare programma’s. Nederland volgt nu dat voorbeeld met Denk vooruit.

Door een gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid te creëren, wil de overheid voorkomen dat mensen in paniek raken als iets onverwachts gebeurt. Wie weet wat te doen, blijft kalmer, kan anderen helpen en vergroot zo de veerkracht van de samenleving.

Nederland staat bekend om zijn goede crisisstructuur, maar ook de beste hulpdiensten hebben tijd nodig. In die eerste uren kan zelfredzaamheid levens redden. Daarom is het verstandig om het onderwerp thuis even aan te snijden.

Het is geen kwestie van angst, maar van redelijkheid. Niemand verwacht dat Nederland letterlijk uitvalt, maar het kan geen kwaad om voorbereid te zijn. Een klein beetje nadenken nu voorkomt grote zorgen later.

Wat vind jij van de campagne Denk vooruit? Is Nederland voldoende voorbereid op noodsituaties, of blijft het bij goede bedoelingen? Deel je mening en praat mee op Facebook.