Griepcijfers ontploffen: Wat zijn de symptomen en wanneer moet je naar de dokter?

De afgelopen weken merken veel Nederlanders het aan den lijve. Hoestbuien, koortsige kinderen en volle wachtkamers bij de huisarts. De cijfers bevestigen dat gevoel.

Er zijn duidelijk meer mensen ziek dan rond dezelfde periode vorig jaar. Al snel duikt ook een beladen term op die in Engeland al rondzingt: de zogenoemde supergriep. Dat klinkt dreigend, maar de werkelijkheid vraagt vooral om nuance en een nuchtere blik op de feiten.

Wat nu zichtbaar wordt, is een stijging van het aantal mensen dat met griepachtige klachten naar de huisarts gaat.

Volgens recente cijfers ging het afgelopen week om 40 bezoeken per 100.000 inwoners. Vooral onder kinderen tot veertien jaar is een duidelijke toename te zien. De officiële drempel voor een griepepidemie ligt op 46 bezoeken per 100.000 inwoners, gemeten over twee weken.

Meer zieken, maar geen paniek

Onderzoeker Mariëtte Hooiveld van onderzoeksinstituut Nivel ziet dat de cijfers sneller stijgen dan vorig jaar.

Dat betekent echter niet dat er sprake is van een uitzonderlijke situatie. In 2023 begon de stijging zelfs eerder en in 2022 lag het niveau rond deze tijd vergelijkbaar met nu. Het beeld past binnen de schommelingen die vrijwel elk griepseizoen kent.

Dat er meer mensen ziek zijn, voelt voor velen als een alarmsignaal. Toch benadrukken deskundigen dat de virussen die momenteel rondgaan niet opvallend zwaarder zijn dan normaal.

Het aantal ernstige gevallen onder ouderen blijft vooralsnog beperkt. Dat is vaak een belangrijke indicator voor de ernst van een griepgolf.

Wat is die ‘supergriep’ dan?

In Engeland gaat een specifieke variant van het griepvirus rond, een mutatie van het H3N2-virus. Deze variant kreeg in de media al snel het etiket supergriep. Dat label zegt vooral iets over de snelheid waarmee het virus zich verspreidt, niet over een uitzonderlijk hoog risico voor iedereen.

Het H3N2-virus staat bekend als besmettelijker dan sommige andere varianten. Dat kan leiden tot meer zieken in korte tijd en tot extra druk op de zorg. Het betekent echter niet automatisch dat het virus gevaarlijker is of tot meer sterfgevallen leidt. Dat onderscheid raakt in de beeldvorming vaak ondergesneeuwd.

Twee virussen tegelijk in Nederland

In Nederland circuleren op dit moment twee verschillende griepvirussen. Volgens Hooiveld is dat niet ongewoon en vallen ze nog niet sterk op in de cijfers.

Een echt zorgelijk signaal zou zijn als vooral veel ouderen ziek worden, omdat dat kan wijzen op een variant waartegen de griepprik minder bescherming biedt. Dat patroon is nu nog niet zichtbaar.

Of de stijgende lijn doorzet, blijft lastig te voorspellen. Het kan zijn dat de cijfers de komende weken verder oplopen en de epidemische grens wordt overschreden.

Het is ook mogelijk dat de stijging tijdelijk afvlakt en pas later in de winter weer aantrekt. Zeker rond de kerstvakantie zien onderzoekers vaak een korte daling, gevolgd door een nieuwe toename in januari.

Engeland in alarmfase

In het Verenigd Koninkrijk is de situatie duidelijk ernstiger. Daar lagen vorige week 2660 mensen met griep in het ziekenhuis.

Dat aantal is uitzonderlijk hoog voor deze tijd van het jaar. De Britse gezondheidsautoriteiten hebben daarom alarmfase 1 afgekondigd, wat betekent dat ziekenhuizen extra alert zijn op verdere drukte.

Immunoloog Ger Rijkers legde eerder uit dat het griepvirus uit veel varianten bestaat en dat nooit vooraf met zekerheid valt te zeggen welke de overhand krijgt.

Wereldwijd begint de verspreiding vaak in Azië, waarna het virus zich verplaatst. Op basis van die informatie wordt het griepvaccin jaarlijks aangepast als dat nodig is.

Minder weerstand speelt een rol

Een belangrijke verklaring voor de huidige situatie ligt mogelijk bij de opgebouwde weerstand in de bevolking. Tijdens de coronajaren werden veel mensen minder blootgesteld aan griepvirussen door afstandsregels en hygiënemaatregelen. Daardoor is de algemene immuniteit lager dan in andere jaren.

Volgens griepexpert Ted van Essen, voorzitter van de Nederlandse Immunisatie Stichting, zijn minder mensen recent met het H3N2-virus in aanraking gekomen.

Dat vergroot de vatbaarheid. Ook in andere delen van het noordelijk halfrond leidt deze variant tot meer ziekenhuisopnames. Mensen lijken er gevoeliger voor te zijn dan voor sommige andere griepvarianten.

Het Kanaal houdt virussen niet tegen

Dat de Britse griep Nederland bereikt, staat voor deskundigen nauwelijks ter discussie. Virussen trekken zich niets aan van landsgrenzen.

De vraag is vooral hoe snel en in welke mate. In Engeland treft het virus vooral kwetsbare groepen, zoals ouderen en mensen met onderliggende aandoeningen.

In Nederland krijgen risicogroepen een oproep voor de griepprik via de huisarts. Die oproep wordt over het algemeen goed opgevolgd. Dat biedt een belangrijke basis van bescherming, zelfs als het virus zich verder verspreidt.

H3N2 staat bekend als zwaarder

Wereldwijd domineren meestal twee griepvarianten: H1N1 en H3N2. Deze wisselen elkaar per seizoen af. H3N2 veroorzaakt vaak heftigere klachten, met meer koorts, hoesten en algemene malaise. De symptomen lijken op een stevige verkoudheid, maar houden doorgaans langer aan en voelen zwaarder.

Hoe ziek iemand wordt, verschilt sterk per persoon. Bij de een blijft het bij een paar dagen uitzieken, terwijl een ander ernstig ziek kan worden.

Ouderen en mensen met chronische aandoeningen lopen het grootste risico op complicaties en ziekenhuisopname. Dat maakt bescherming voor deze groepen extra relevant.

Griep is bijna elk jaar terug

Volgens Van Essen is een griepepidemie eerder regel dan uitzondering. Alleen tijdens de lockdowns bleef een epidemie uit. Dat was uniek.

De laatste grote griepgolf in Nederland dateert van 2018. Toen werden naar schatting 900.000 mensen ziek en overleden ongeveer 9000 mensen aan de gevolgen.

Zo’n grote golf legt ook flinke druk op ziekenhuizen. Bij vergelijkbare cijfers zouden tienduizenden mensen opgenomen moeten worden. In 2018 leidde dat tot situaties waarin ziekenhuizen patiënten moesten doorverwijzen vanwege volle afdelingen. Dat scenario wil de zorgsector liever voorkomen.

Vaccinatie blijft belangrijk

Opvallend is dat de Wereldgezondheidsorganisatie meldt dat de griep dit jaar vroeg begint. Waar de piek vaak pas na de jaarwisseling lag, worden nu al in december meer besmettingen gemeld.

Dat onderstreept het belang van tijdige vaccinatie, omdat het vaccin pas na ongeveer twee weken optimale bescherming biedt.

Het griepvaccin beschermt gemiddeld voor zo’n 35 procent tegen ziekte en voor 40 procent tegen ziekenhuisopname.

Dat klinkt misschien bescheiden, maar op bevolkingsniveau voorkomt het veel ernstige gevallen. Zeker bij grote aantallen besmettingen maakt dat een duidelijk verschil.

Dalende vaccinatiegraad baart zorgen

Toch haalt een groeiende groep Nederlanders geen griepprik meer. Dit jaar lieten ongeveer vier miljoen mensen zich vaccineren, terwijl zes miljoen daarvoor in aanmerking komen.

Vooral bij ouderen is dat een zorgelijke ontwikkeling. Bij mensen met griep is de kans op een hartinfarct namelijk aanzienlijk hoger.

Rond de feestdagen luidt het advies om voorzichtig te zijn. Wie klachten heeft, doet er verstandig aan kwetsbare mensen even te mijden.

De kans bestaat dat het virus zich makkelijker verspreidt en mensen zieker maakt, maar het vaccin biedt vergelijkbare bescherming als in andere jaren. Het gesprek hierover blijft belangrijk, ook aan de kersttafel.

Deel vooral ervaringen en meningen, bijvoorbeeld op Facebook, en praat mee over hoe hiermee wordt omgegaan.

Bron: RTL.nl