Er is maar één goed antwoord, maar bijna iedereen heeft het fout

Voor velen van ons is de tijd waarin we in schoolbanken zaten en rekensommen maakten al lang voorbij. Vandaag dagen we je uit met deze uitdaging. Kun jij deze oplossen?

Het is een bekend feit dat we af en toe onze hersenen moeten prikkelen. Dit is niet alleen goed voor onze gezondheid, maar het verbetert ook ons denkvermogen. Het is van essentieel belang om variatie aan te brengen in de manieren waarop we dit doen, om te voorkomen dat we in vaste patronen blijven steken. Daarom zijn raadsels en breinbrekers zowel leuk als nuttig om te ondernemen!

Terwijl je deze woorden leest, vermoeden we dat je al druk bezig bent met het nadenken over het juiste antwoord op de volgende rekenopgave:

50 + 50 – 25 × 0 + 2 + 2 = ?

De sleutel tot het oplossen van deze som ligt in het correct volgen van de bewerkingsvolgorde. Maar wacht even, hoe zat dat ook alweer? Het vertrouwde ezelsbruggetje “Meneer van Dalen wacht op antwoord” lijkt al een poosje niet meer de juiste richtlijn te zijn.

In de moderne tijd gebruiken we het ezelsbruggetje “Hoe moeten wij van de onvoldoendes afkomen?” om de volgorde te bepalen, en dat gaat als volgt.

Het juiste antwoord op het bovenstaande rekenraadsel is 104. Om dit antwoord te berekenen, moeten we de juiste bewerkingsvolgorde volgen, zoals beschreven in de tekst. Deze volgorde is van essentieel belang om een correct resultaat te verkrijgen.

Ten eerste moeten we naar haakjes kijken, maar in dit geval zijn er geen haakjes in de vergelijking. Daarom gaan we verder met de volgende stap: machtsverheffen en worteltrekken. Ook hier zijn geen machten of wortels in de vergelijking aanwezig, dus gaan we door naar de derde stap: vermenigvuldigen en delen.

De vermenigvuldiging staat aan de beurt, en we hebben de bewerking 25 × 0. Deze berekening levert ons een resultaat van 0 op. Nu hebben we dus:

50 + 50 – 0 + 2 + 2

Nu kunnen we overgaan naar de vierde stap: optellen en aftrekken. Hierbij moeten we de bewerkingen van links naar rechts uitvoeren. We beginnen met optellen:

50 + 50 = 100

Nu hebben we:

100 – 0 + 2 + 2

Vervolgens gaan we verder met optellen en aftrekken:

100 – 0 = 100

Nu hebben we:

100 + 2 + 2

En tot slot voeren we de laatste bewerking uit:

100 + 2 + 2 = 104

Daar heb je het juiste antwoord: 104!

Dit raadsel is een geweldig voorbeeld van het belang van de juiste volgorde van bewerkingen in wiskunde. Als je deze volgorde nauwkeurig volgt, kom je tot het correcte resultaat. Heb jij het juiste antwoord gevonden? Laat het ons weten in de reacties op Facebook!